Verkeer
In het monitoringsplan ligt bepaald dat de intensiteit, samenstelling en doorstroming van het verkeer op de Energieweg en Neerbosscheweg voor en na ingebruikname van ‘De Oversteek’ zullen worden gemeten. Voor de metingen van het verkeer zijn twee meetpunten op de Energieweg onderscheiden. De metingen worden uitgevoerd in twee richtingen: richting de Neerbosscheweg en richting de Oversteek ofwel de Industrieweg.
Het monitoren van het verkeer wordt met moderne technieken gedaan, de zogeheten “big data”. Via meerdere systemen wordt informatie ingewonnen over het verkeer (GSM, Bluetooth, GPS-systemen, detectie bij verkeerslichten). Zo ontstaat een beeld van het passerende verkeer over de Energieweg.
Luchtkwaliteit
In het monitoringsplan ligt bepaald dat de effecten van het verkeer op de luchtkwaliteit zal worden gemeten. De luchtkwaliteit wordt gemeten aan de hand van de concentraties stikstofdioxiden (NO2) en fijn stof (PM10 en PM2,5). Deze concentraties worden uitgedrukt in µg/m3. Voor de metingen van stikstofdioxiden en fijn stof zijn acht meetpunten onderscheiden. Er worden permanent metingen uitgevoerd.
In het monitoringsplan is de drempelwaarde voor stikstofdioxiden (NO2) vastgelegd op 38 µg/m3. Dit is strenger dan de landelijke norm, welke 40 µg/m3 is. Voor fijn stof geldt de landelijke norm.
Geluid
In het monitoringsplan ligt bepaald dat de effecten van het verkeer op het geluid zullen worden gemeten. Geluid wordt uitgedrukt in Decibel ofwel dB. Voor de metingen van geluid zijn zeven meetpunten onderscheiden. Deze meetpunten bevinden zich nabij de Energieweg en Neerbosscheweg.
Er wordt een drietal metingen per meetpunt per jaar uitgevoerd. Elke meting heeft een meetduur van een uur waarbij elk kwartier de meetwaarden worden opgeslagen in het meetinstrument. Op of nabij de meetlocaties worden tevens, tijdens de metingen en tijdsynchroon, snelheidsmetingen uitgevoerd en verkeerstellingen gedaan. In het monitoringsplan is de drempelwaarde voor geluid vastgelegd op de waarde van het kalenderjaar 2007 met een onzekerheidsmarge van +1,5 dB. Dit betekent dat er aanvullende maatregelen nodig zijn, indien de geluidsbelasting met meer dan 1,5 dB stijgt ten opzichte van de waarde van het kalenderjaar 2007.
In het monitoringsplan wegverkeerslawaai 2013-2017 is vastgelegd hoe de effecten van ‘De Oversteek’ op het geluid, de luchtkwaliteit en het verkeer in Nijmegen-West gemonitord zullen worden. In dit plan ligt bepaald hoe de ontwikkelingen in het verkeer, de luchtkwaliteit en het geluid worden gemeten. Dit omvat ook wat er wordt gemeten. Ook zijn er drempelwaarden voor luchtkwaliteit en geluid opgenomen in het plan.
Indien de effecten van het verkeer een verslechtering laten zien op luchtkwaliteit of op geluid moeten er aanvullende maatregelen worden genomen. Er is sprake van een verslechtering indien de gemeten waarden structureel boven de bepaalde drempelwaarden uitkomen. Er is een miljoen euro gereserveerd voor aanvullende maatregelen. Indien in 2018 niet nodig is gebleken aanvullende maatregelen te treffen, zal dit geld in overleg met bewoners worden ingezet voor een groenfonds voor Nijmegen-West.